De 'werkelijke waarde' vanuit technisch perspectief

Geregeld adviseert CON-CO in (gerechtelijke) geschillen tussen verzekeraars en verzekerden.

De waardedaling die een verzekeraar of boekhouder zou in rekening nemen voor slijtage, wordt volgens een lineaire afschrijving benaderd.

Die benadering is fundamenteel afwijkend van de theoretische technische werkelijkheid, die exponentieel verloopt: slijtage gaat steeds sneller.

Welk benadering zou jij als bouwheer verkiezen?

De 'werkelijke waarde' vanuit technisch perspectief

Wat is de 'werkelijke waarde'? Afhankelijk van wie het vraagt, als je het CON-CO vraagt…

De waarneming is afhankelijk van de positie van de waarnemer: dat wist Einstein ons al te leren.

Zo zal een verzekeringsexpert slijtage in rekening nemen zoals een boekhouder: volgens een lineaire waardedaling of afschrijving.

Voor de eigenaar, die bijvoorbeeld een nieuw toestel moet aanschaffen om een beschadigd toestel te vervangen, lijkt dat niet correct: hij zal daarvoor immers meer moeten betalen dan hij krijgt, om dezelfde functionaliteit te herstellen.

Deze kwestie durft wel eens uitgroeien tot een rechtszaak. En dan komen er nog andere perspectieven bij… . De bevoegdheid van een gerechtsdeskundige is strikt technisch. Hij moet zich onthouden over juridische kwesties, of kwesties die niet tot zijn expertise behoren.

Technisch beschouwd verloopt slijtage echter exponentieel: eens ze begonnen is, zal het blijven versnellen. Dit wordt weergegeven door de levensduurkromme (NEN 2767). Wanneer een (gerechts)expert om de werkelijke waarde gevraagd wordt, zal die daarom via dit perspectief op een hogere waarde uitkomen dan de verzekeringsexpert met de lineaire benadering (zie oranje lijn in de figuur hieronder).

Tenslotte wordt in dit artikel nog inzicht gegeven in het juridisch perspectief, als het zo ver moest komen.

Weergave van de waardedaling volgens technisch vs. boekhoudkundig perspectief.